Wat maakt het hebben van

een plan

het leven, fietsen door de regen, het hier zijn, toch ineens zoveel
mooier, zoveel lichter.

Vaak in mijn reizende leven heb ik het genoegen mijn tijd te delen met de wijze mens. Is het niet de reiziger aan de andere kant van de wereld, dan zijn het wel lieve collega’s, of gewoon moeders raad, of simpelweg het daar zijn van je allerbeste vrienden. Gesprekken gaan over de beperkingen van vrijheid, beweging, het hebben van plichten. En zoveel meer.

Ze kunnen heel goed vertellen hoe het zit, en je weet het zelf allang. Maar soms zijn er periodes in het leven dat niks daadwerkelijk helpt. Je weet wat je te doen staat, je weet wat te doen om het leven weer zonniger in te zien, maar daartoe komen lukt niet. Tot het moment daar is dat er dan ineens een plan is. Een vooruitzicht.

Wat voelt die regen in mijn gezicht goed. Op naar de Oostenrijkse sneeuw, dat is wat komt.

Misschien zou ik hierboven moeten schrijven: GEEN VRIJHEID ZONDER ZEKERHEID deel twee. Maar dat zou de indruk wekken dat het gaat
over waar ik HIER al over schreef en dat doet het nou net niet. Het gaat er nu niet om wat er is daar waar je weg gaat en wat er achter blijft. Het gaat niet om die zekere basis waar je naar terugkeren kan. Het gaat erover dat er iets is daar waar je naartoe gaat. Of, beter gezegd, dat er een dáár is waar je naar toe gaat. Want beweging blijkt essentieel. En een doel om naar toe te werken of iets om naar uit te kijken. Progressie, vooruitgang; blijkbaar kan ik niet zonder en moet ik toekomen aan mijn behoefte te groeien, stappen te zetten en verder te komen. De leegte zonder toekomstplan maakt ook mij uiteindelijk niet gelukkig. Hoe groot of klein een plan is maakt misschien niet eens veel uit. Het brengt je een stukje vooruit, dichterbij.

Ik vraag mij af of ik dat ben of dat we dat allemaal zijn. Ik vraag mij af of die behoefte aan een leerweg iets intrinsieks is; iets onontkoombaars wat vervuld moet worden om gelukkig te zijn; iets heel erg menselijks? Of is het een cultureel bepaalde norm dat we altijd meer moeten bereiken, verder moeten komen dan we zijn?

De eerste optie zou ertoe leiden dat ik zou proberen te accepteren dat de mens, en dus ik ook, nu eenmaal zo werkt; ik zou mijn behoefte proberen te vervullen. Maar wat als het iets cultureels is? Zouden er ook mensen zijn die geen behoefte tot ontwikkeling voelen? Dan zou ik die behoefte misschien ook niet oprecht hebben, maar een onnatuurlijke druk naar altijd maar meer ervaren. Ik zou die kunnen proberen naast mij neer te leggen.

In een bepaald opzicht maakt het niet uit. Ook in dit geval is het wat ze mij al die tijd vertelden en wat ik allang wist. Onttrekken aan de maatschappij, aan het ‘gangbare’ leven voor zover dat bestaat; op een bepaalde manier heeft het geen zin (op heel veel manieren wel). Want of het een intrinsieke behoefte of een aangeleerde norm is, ook ik ben er inmiddels eindelijk achter dat er maar één is die veel van mij vraagt. En dat ben ik zelf.

Dank voor alle gedeelde wijsheden, waardevolle mensen in mijn leven; dankzij jullie kan ik alsmaar het wiel opnieuw uitvinden.

Wat voelt die sneeuw in mijn gezicht goed.